De evolutietheorie is gebaseerd op onmogelijkheden met de hoop dat ze werkelijk worden. Vogels hebben een speciale plaats bij een van deze onmogelijkheden.
Wanneer er sprake is van wezens zoals vogels zetten evolutionisten de wetenschap zoals gebruikelijk aan de kant en maken gebruik van fables. De evolutionisten beweren dat dinosaurussen de voorouders van vogels waren.
Door deze bewering komt de vraag ‘’hoe dinosauriërs in vogels zijn gevolueerd’’ naar voren. Als antwoord geven de evolutionisten hierop ‘’ dinosauriërs zijn in vogels verandert wanneer dinosauriërs van de ene tak naar een andere tak van een boom probeerden te springen’’. Dit wordt de arboreal theorie genoemd. Het antwoord op hoe dinosauriërs konden opstijgen staat voor evolutionisten klaar. Namelijk: wanneer ze op vliegen probeerden te jagen.
Echter om insecten zoals een vlieg te kunnen vangen moeten de evolutionisten die beweren dat in het lichaam van een dier zoals een dinosaurus samen met vleugels een vliegsysteem is ontwikkeld eerst op deze vraag antwoord kunnen geven: hoe zijn de vliegsystemen van vliegen tot stand gekomen die veel meer functies hebben dan helicopters waarvan zij met de geavanceerde technologie van vandaag de dag een voorbeeld vormen voor het produceren van de helicopters. U zult er getuige van worden dat evolutionisten hierop geen enkel antwoord kunnen geven.
Het is totaal absurd om te beweren dat dinosauriërs in vogels zijn verandert waarvan de theorie niet eens antwoord op een vliegsysteem van een kleine vlieg kan geven.
Bovendien dienen de evolutionisten de overgang fossielen van dinosaurus naar een vogel te kunnen aantonen. De miljoenen fossielen die vandaag de dag zijn gevonden ondersteunen de evolutie niet.