O, gij die gelooft, weest Gods helpers, zoals toen Jezus, zoon van Maria, tot zijn discipelen zeide: "Wie zijn mijn helpers terwille van God?" DE DISCIPELEN ANTWOORDDEN: “WIJ ZIJN GODS HELPERS!" TOEN GELOOFDE EEN GEDEELTE VAN DE KINDEREN ISRAELS, terwijl een ander deel niet geloofde MAAR WIJ HIELPEN DE GELOVIGEN TEGEN HUN VIJAND EN ZIJ WERDEN OVERWINNAARS. (Soera as-Saff, 14)
... ONDER DE MENSEN VAN HET BOEK IS EEN OPRECHTE GROEP, DIE HET WOORD VAN GOD IN DE UREN VAN DE NACHT OPZEGT EN ZICH MET HET GELAAT TER AARDE WERPT. ZIJ GELOVEN IN GOD EN DE LAATSTE DAG EN GEBIEDEN HET GOEDE EN VERBIEDEN HET KWADE EN WEIJVEREN MET ELKAAR IN GOEDE WERKEN. DEZEN BEHOREN TOT DE RECHTVAARDIGEN. En het goede dat zij doen, zal niet worden ontkend en GOD KENT DE GODVREZENDEN. (Soera el-Imraan, 113-115)
GOD VERBIEDT U NIET, DEGENEN, DIE NIET TEGEN U OM DE GODSDIENST HEBBEN GEVOCHTEN, NOCH U UIT UW HUIZEN HEBBEN VERDREVEN, GOED TE DOEN EN RECHTVAARDIG TE BEHANDELEN; VOORZEKER, GOD HEEFT DE RECHTVAARDIGEN LIEF. (Soera al-Momtahanah, 8)
VOORZEKER, DE GELOVIGEN EN DE JODEN EN DE SABIANEN EN DE CHRISTENEN DIE IN GOD EN DE LAATSTE DAG GELOVEN EN GOEDE DADEN VERRICHTEN - OVER HEN ZAL GEEN VREES KOMEN, NOCH ZULLEN ZIJ TREUREN. (Soera el-Maidah, 69)
TOESTEMMING OM TE VECHTEN IS GEGEVEN AAN DEGENEN TEGEN WIE GEVOCHTEN WORDT, OMDAT HUN ONRECHT IS AANGEDAAN, VOORZEKER GOD HEEFT DE MACHT HEN BIJ TE STAAN. (SOERA EL-HADJ, 39)
MAAR ALS ZIJ OPHOUDEN, DAN IS GOD ZEKER VERGEVENSGEZIND, GENADEVOL. (SOERA EL-BAQARAH, 192)
... EN BEVECHT HEN NIET NABIJ DE HEILIGE MOSKEE, VOORDAT ZIJ JE DAARIN BEVECHTEN. MAAR INDIEN ZIJ JE BEVECHTEN, BEVECHT HEN DAN...(SOERA EL-BAQARAH, 191)