Evolutie kan Schepper niet ontkennen
ucgen

Evolutie kan Schepper niet ontkennen

1921

In zijn artikel in 2016, beweerde Harvard bioloog Jack Szostak, een Nobelprijswinnaar, dat hij een methode heeft ontdekt waarmee ribonucleïnezuur (RNA) zichzelf kon repliceren.

Deze claim is geïntroduceerd als een antwoord op een zeer belangrijke vraag over de oorsprong van het leven. Na slechts een jaar was hij genoodzaakt om zijn essay in te trekken.

Het laboratorium van Szostak aan de universiteit van Harvard is al heel wat jaren bezig om een antwoord te vinden op de oorsprong van het leven.

Natuurlijk is dit onderzoek niet objectief of onbevooroordeeld; hun inspanningen zijn gebaseerd op de veronderstelling dat het leven voortkwam door toevalligheden, dat wil zeggen door zogenaamde evolutionaire mechanismen.

Het laboratorium van Szostak was vooral geïnteresseerd in hoe RNA zichzelf kon repliceren zonder enzymen. In het artikel dat Szostak moest intrekken, beweerde hij dat RNA zichzelf kon repliceren zonder enzymen.

Het is noemenswaardig om in het kort uit te leggen waarom Szostak en vele andere wetenschappers wanhopig op zoek zijn naar het zogenaamd 'zichzelf vermenigvuldigende' RNA.

Evolutionisten raken verstrikt wanneer ze proberen uit te leggen hoe het DNA-molecuul dat de informatie van de eiwitten bevat in de eerste plaats is ontstaan.

Omdat ze de complexiteit van het DNA niet konden verklaren door toevalligheden, zochten evolutionisten naar nieuwe manieren om het in de jaren tachtig te verklaren. Harvard-chemicus Walter Gilbert ontwikkelde in 1986 een scenario waarin hij beweerde dat miljarden jaren geleden een zelfreplicerende RNA-molecule op de een of andere manier vanzelf ontstond.

Hij beweerde vervolgens dat dit RNA-molecuul opeens eiwitten begon te produceren met behulp van omgevingsomstandigheden. Daarna beweerde hij dat het nodig was om deze informatie over een tweede molecuul te behouden, maar hij beweerde dat het DNA-molecuul het toch gelukt is om zich  “vanzelf  te vormen".

Zoals vele evolutionisten, gelooft Szostak dat het RNA het eerste organische molecuul is dat is ontstaan. Echter, evolutionisten moeten laten zien hoe RNA zichzelf kan repliceren zonder andere enzymen en eiwitten.

Dit is waar het lab van Szostak aan werkte. Ze dachten dat als een dergelijk mechanisme zou worden gevonden, het vermogen van het RNA om zichzelf te repliceren zou worden bevestigd en dat RNA zou kunnen hebben gevormd door de zogenaamde evolutie voordat DNA of eiwitten bestonden, waarvan ze hoopten dat ze een basis zouden vormen voor de evolutionistische claims op de oorsprong van het leven.

Ze hebben echter nooit dit doel bereikt omdat noch RNA noch enig deel van de cel het product van toeval was.

Het artikel dat in 2016 in Nature Chemistry werd gepubliceerd,  als een "ontdekking" die de evolutietheorie ondersteunde, en dat de aanleiding was voor Nobelprijswinnaar Szostak , ging over deze "bevinding".

Postdoc Tivoli Olsen van het laboratorium van Szostak kreeg echter niet dezelfde resultaten,  ondanks dat hij dezelfde experimenten herhaalde.

En niet alleen dat, hij zag ook dat de eerdere resultaten van het experiment verkeerd waren geïnterpreteerd.

Zodoende werd het artikel van Szostak ingetrokken. Szostak bekende dat dit "debacle" "ronduit genant" was en vervolgde:

"Achteraf waren we volledig verblind door ons geloof (in onze bevindingen) - we waren niet zo zorgvuldig of rigoureus als we hadden moeten zijn (en zoals Tivoli was) bij het interpreteren van deze experimenten."

In feite is Szotsak's oprechte bekentenis zelfs vrij significant.

De evolutietheorie, die niet gebaseerd is op bewijs, werd gepleit voor materialistische doeleinden, omdat het werd beschouwd als de enige manier om het bestaan van een Schepper te ontkennen.

Elke wetenschappelijke bevinding, is vanaf het moment dat het wordt ontdekt,  altijd geïnterpreteerd op basis van de evolutietheorie van deze mensen. Zoals men in de bekentenis van Szotsak heeft gezien, brengt hun geloof in de evolutie de objectiviteit van veel wetenschappers ten val, waardoor ze bevindingen verkeerd interpreteren.

Wat nog interessanter is, is dat de woorden van Szotsak, die gericht waren op degenen die in de schepping geloven, eigenlijk zijn eigen situatie beschreven.

Hij zei: "Ik denk dat geloofsystemen die gebaseerd zijn op geloof inherent gevaarlijk zijn, omdat ze de gelovige ontvankelijk maken voor manipulatie wanneer scepticisme en vragen worden ontmoedigd."

Zoals blijkt, beschrijven de woorden van Szotsak in feite vrij nauwkeurig de mensen die blindelings geloven in de evolutietheorie, ook al is er geen bewijs om dit te ondersteunen.

De evolutietheorie is een niet-wetenschappelijk geloof. Materialisten en evolutionisten hebben de evolutietheorie stevig omarmd, om niet te erkennen dat het universum en het leven het product van een Schepper zijn.

Sinds de 19e eeuw is de wetenschap vastgelopen door het evolutionistische en materialistische perspectief, en een grote hoeveelheid tijd,energie en materiële middelen worden in dit opzicht verspild. Elk stukje bewijs, van fossielen tot microscopische ontdekkingen, wordt beoordeeld vanuit een evolutionistisch en materialistisch perspectief.

De bekende bekentenis van Richard Lewontin, een geneticus en evolutionist aan de Harvard Universiteit, beschrijft dit feit duidelijk:“We hebben een ‘vooraf’ verplichting, een verbintenis tot het materialisme. Het is niet zo dat de methoden en instellingen van de wetenschap ons op de een of andere manier dwingen een materiële verklaring van de fenomenale wereld te accepteren. Integendeel, dat we gedwongen worden door onze 'vooraf' aanhankelijkheid aan materiële oorzaken om een onderzoeksapparaat, en een reeks concepten te creëren die materiële verklaringen leveren dat materialisme absoluut is, want we kunnen geen Goddelijke Voet in de deur toelaten. "

Het naast elkaar bestaan van de "noodzakelijke stoffen", "noodzakelijke milieuomstandigheden"en "noodzakelijke interventies" in noodzakelijke hoeveelheden en op het juiste moment,in een nutteloze, doelloze, ongecontroleerde omgeving, waar geen kennis en intelligentie bestaat zoals evolutionisten beweren, is inderdaad onmogelijk.

Zelfs voor de vorming van een enkele RNA-molecule moet een intelligente, wetende en krachtige Schepper bestaan.

Dit is een zeer duidelijke en absolute waarheid, een waarheid die door de wetenschap is aangetoond. Bij elke inspanning die men verricht om het tegendeel te bewijzen,  is men genoodzaakt om die  "in te trekken".

----------

[1] http://retractionwatch.com/2017/12/05/definitely-embarrassing-nobel-laureate-retracts-non-reproducible-paper-nature-journal/#more-52894

[2] Richard Lewontin, The Demon-Haunted World, The New York Review of Books, January 9, 1997, s. 28

 

Artikel van de heer Adnan Oktar in New Straits Times (Malaysia):

https://www.nst.com.my/opinion/columnists/2018/01/328188/evolution-fails-deny-Creator

DEEL
logo
logo
logo
logo
logo