Djamal had altijd al een vogel als huisdier willen hebben. Hij geloofde zijn ogen niet toen zijn vader op een dag thuiskwam met een grote kooi. Hij trok de hoes eraf en zag een felgekleurde geel-paarse papegaai erin zitten. Djamal was heel erg blij. Die eerste avond hadden Djamal en de papegaai een lang gesprek.
Djamal zei: “Hallo mooie papegaai! Ik wil je graag goed te eten geven, dus moet ik alles over jou leren. Kun je me eerst vertellen wat je favoriete eten is?”
“Mijn favoriete eten is zaad,” zei de papegaai.
“Hoe eet je die?” vroeg Djamal
De papegaai legde uit: “Ik kan mijn voedsel vasthouden met mijn twee poten en eet het net als een broodje. Ik kan de twee helften van de zaaddozen heel goed met mijn tong openen. Het feit dat ik mijn honger op deze manier kan stillen, is een genade en zegening van Allah.”
Djamal vroeg toen: “Ik ben heel erg benieuwd. Hoe kom je aan die ongelofelijk mooie kleuren in je veren?”
“Net als alle vogels,” zei de papegaai, “komen mijn bonte kleuren van een stof die opgeslagen is in mijn veren vanaf het moment dat ze gevormd worden, en die stof heeft te maken met de manier waarop het licht erop weerkaatst. Wist je dat wanneer mijn veren uitvallen, ze vervangen worden door nieuwe? En iedere keer dat ze weer aangroeien, hebben ze dezelfde kleur. Dit is nog een bewijs van de perfectie van Allah’s schepping.”
Djamal knikte: “Dat is werkelijk geweldig. Kun je ook geluiden die je hoort, nadoen? Hoe doe je dat?”
“Ik kan de geluiden die ik hoor, nadoen, maar ik kan ze niet begrijpen. Dit gebeurt ook door Allah’s Wil. Hoe anders kan een schepsel zoals ik zonder enige intelligentie of wil een talent ontwikkelen om geluiden na te doen? Alleen onze Almachtige Heer heeft de kracht om een kleurige pratende vogel zoals ik te ontwerpen. Hij is het die dingen zo perfect maakt,“ legde de papegaai uit.
Djamal glimlachte: “Mijn bewondering voor de Almachtige Allah wordt groter en groter wanneer ik naar jou kijk. Ik zal ook alles doen wat ik kan om ervoor te zorgen dat jij je hier op je gemak voelt. Nogmaals ‘welkom thuis’, mooie papegaai!”
“Denk er aan”, zei de papegaai, “het beste wat we kunnen doen wanneer we zien hoe perfect de schepping is van het heelal -geschapen door onze Almachtige Heer- is Zijn grootheid gedenken, Hem dank betuigen en Hem altijd in onze gedachten houden”.
Hij is Allah, de Schepper, de Voortbrenger, de Vormer, aan Hem behoren de Schone Namen. Wat er in de hemelen en op de aarde is prijst Zijn Glorie. En Hij is de Almachtige, de Alwijze. (Soerah al-Hasjr 59:24)