Reizen zij niet over land en zien wat het einde is van degenen die vóór hen waren? Zij waren machtiger dan hen in kracht en zij bewerkten de aarde en bevolkten die in grotere aantallen dan deze (heidenen) dat gedaan hebben, en tot hen kwamen hun boodschappers met duidelijke bewijzen. Zeker, Allah heeft hen geen onrecht aangedaan, maar zij hebben zichzelf onrecht aangedaan.
(Qoer-aan Soerat ar-Roem: 9)
Alle volkeren die we tot nu toe onder de loep hebben genomen, hadden een aantal kenmerken gemeen zoals: overtredingen jegens Allah, partners aan Hem toeschrijven, zich arrogant in hun land gedragen, onrechtmatig de bezittingen van anderen verteren, neigen naar seksuele verdorvenheid en onrechtvaardigheid tegenover de moslims in hun buurt. Zij probeerden de moslims op alle mogelijke manieren te intimideren.
Het doel van de waarschuwingen uit de Qoer-aan is zeker niet alleen maar het geven van geschiedenislessen. De Qoer-aan verklaart dat de verhalen van de profeten slechts zijn verteld om een “voorbeeld” te stellen. Die profeten die eerder zijn vernietigd, zouden degenen die na hen kwamen naar het rechte pad moeten leiden:
Is het geen leiding voor hen (te weten) hoeveel generaties Wij voor hen vernietigd hebben, in wiens verblijfplaatsen zij lopen? Waarlijk hierin zijn beslist tekenen voor mensen van begrip. (Qoer-aan Soerah Ta-Ha: 128)
Als we deze allemaal als “voorbeelden” beschouwen, kunnen we zien dat sommige delen van onze maatschappij niets beter zijn, in de zin van ontaarding en overtredingen, dan de volkeren die vergingen en die in deze verhalen beschreven worden.
De meeste maatschappijen hebben tegenwoordig een grote populatie van sodomisten en homoseksuelen in hun midden die ons herinneren aan het “Volk van Loeth”. De homoseksuelen, die seksfeesten met “prominente mensen uit de maatschappij”
bijwonen, vertonen alle soorten van verdorvenheid die hun evenbeelden in Sodom en Gomorrah overtreffen. Er is een groep van hen die, vooral, in de grotere steden van de wereld leven die “zelfs nog verder zijn gegaan” dan degenen in Pompeii.
Alle maatschappijen die we onderzocht hebben zijn gestraft door natuurlijke rampen zoals aardbevingen, stromen, overstromingen enz. De maatschappijen die afdwalen en het durven zulke vergrijpen te plegen, zouden best op een vergelijkbare wijze gestraft kunnen worden.
Het moet niet vergeten worden dat Allah iedere persoon of land Hij kan straffen, wanneer Hij maar wil. Of, Hij kan wie Hij maar wil, een gewoon leven laten leiden in deze wereld en hem straffen in het Hiernamaals. De Qoer-aan verklaart:
Dus straften Wij ieder voor zijn zonden, onder hen waren er sommigen aan wie Wij een krachtige wind met een regen van stenen stuurden en onder hen waren er sommigen die door een verschrikkelijke schreeuw overmand werden en onder hen waren er sommigen die Wij door de aarde lieten opzwelgen en onder hen waren er sommigen die Wij verdronken. Het was Allah niet Die hen onrecht had aangedaan, maar zij hadden zichzelf onrecht aangedaan. (Qoer-aan Soerat al-Ankaboet: 40)
De Qoer-aan vertelt ook over een gelovige, die van de familie van Fir’awn was en leefde in de tijd van Moesa, maar die zijn geloof verborg. Hij zij tot zijn volk:
“O mijn volk! Waarlijk, ik vrees dat jullie hetzelfde lot zullen begaan als die (ramp)dag van de bondgenoten!” Net als het lot van het volk van Noeh en ‘Ad en Thamoed en degenen die na hen kwamen. En Allah wil geen onrechtvaardigheid voor (Zijn) slaven. En O mijn volk! Waarlijk! Ik vrees voor jullie voor de Dag waarop de wederzijdse geroep zal zijn. Een Dag waarop jullie je zullen omdraaien en vluchten zonder een beschermer van Allah te hebben. En iedereen die Allah laat dwalen, voor hem is er geen leiding.” (Qoer-aan Soerat al-Ghafir: 30-33)
Alle profeten waarschuwden hun volk, wezen hun op de dag des oordeels en trachten hen bang voor de straffen van Allah te maken, net zoals de gelovige die zijn geloof verborg, deed. De levens van alle profeten en boodschappers werden doorgebracht in het keer op keer uitleggen van deze zaken aan hun volk. En toch beschuldigden de mensen aan wie zij gestuurd waren hen over het algemeen van oneerlijkheid, of van het pogen materiele winst te verkrijgen of hun superioriteit over hen proberen te laten gelden.
En zij zetten hun eigen stelsels voort zonder na te denken over wat de profeet had gezegd of over hun daden na te denken. Sommigen van hen zijn nog verder gegaan en probeerden de gelovigen te vermoorden of te verbannen. Het aantal gelovigen dat gehoorzaamde en volgde was meestal erg weinig. In de gevallen van de opstandige gemeenschapen, redde Allah echter altijd de profeten en hun volgelingen.
Ondanks de duizenden jaren die voorbij gegaan zijn en de veranderingen in plaats, manieren, technologieën en beschavingen is er toch weinig veranderd in de eerder genoemde maatschappelijke structuren en stelsels van de ongelovigen. Zoals we boven al hebben benadrukt, heeft een bepaald deel van de maatschappij waarin we leven alle ontaarde kenmerken van de mensen die in de Qoer-aan beschreven staan. Net zoals de Thamoed, die een te kleine maat gaven, zijn er vandaag de dag ook een groot aantal vervalsers en zwendelaren. Er bestaat een “homoseksuele gemeenschap” die verdedigd wordt wanneer de gelegenheid zich voordoet en de leden ervan doen niet onder voor het volk van Loeth, bij wie seksuele verdorvenheid een hoogtepunt bereikt had. Een groot deel van de maatschappij bestaat uit mensen die net zo ondankbaar en opstandig als het volk van Saba zijn, net zo ondankbaar voor de rijkdom die hen gegeven is als de mensen van Iram, net zo arrogant en beledigend tegenover de gelovigen als het volk van Noeh en net zo onoppassend voor maatschappelijke rechtvaardigheid als ‘Ad.
Dit Zijn Zeer Belangrijke Tekenen.
We moeten altijd in gedachten houden dat wat voor soort veranderingen er ook in een maatschappij teweeg worden gebracht of in wat voor staat van technologische vooruitgang ze ook zijn of wat hun mogelijkheden ook zijn, dat deze van hoegenaamd geen belang zijn. Niets van dit alles kan iemand redden van de straf van Allah. De Qoer-aan vermaant ons allen deze realiteit:
Reizen zij niet over land en zien wat het einde is van degenen die vóór hen waren? Zij waren machtiger dan hen in kracht en zij bewerkten de aarde en bevolkten die in grotere aantallen dan deze (heidenen) dat gedaan hebben, en tot hen kwamen hun boodschappers met duidelijke bewijzen. Zeker, Allah heeft hen geen onrecht aangedaan, maar zij hebben zichzelf onrecht aangedaan. (Qoer-aan Soerat ar-Roem: 9)
“Verheerlijkt bent U,
wij hebben geen kennis behalve van wat U ons onderwezen heeft.
U bent de Alwetende, de Alwijze.
(Qoer-aan Soerat al-Baqara: 32)