Zoals we vanaf het begin van het boek uitgelegd hebben, verdient een persoon wijsheid wanneer hij zijn bewustzijn geheel volgt, door ervoor te kiezen om zijn leven te leiden op een manier die Allah goedkeurt en die in overeenstemming is met de Qur'an en als resultaat hiervan perfectie in gedachten en gedrag bereikt. Ook betekent het, dat hij de reden van het bestaan en de oneindige macht van Allah begrijpt.
Mensen die zich hier niet bewust van zijn, zijn onnadenkend. de meeste mensen kunnen zich niet voorstellen dat de persoonlijkheden die zij op televisie zien, hun buren, afgestudeerden of succesvolle zakenmannen, onnadenkend kunnen zijn. Onnadenkend zijn betekent echter dat je een leven van onwetendheid leidt en hierdoor een ellendig en moeilijk leven, terwijl je een leven kunt leiden volgens de leringen van de Qur'an, die de mensen begeleidt om hun leven op de beste manier te leiden, zowel in deze wereld als in het Hiernamaals. Het is dus mogelijk dat iemand vele onnadenkende personen om zich heen heeft.
In de Qur'an richt Allah de aandacht op de fout die mensen maken met betrekking tot het wereldse leven en op onwetendheid, en Hij gebiedt hun hierover na te denken en er lering uit te trekken:
"En het wereldse leven is niets dan spel en vermaak. en het huis van het Hiernamaals is beter voor degenen die (Allah) vrezen. Begrijpen jullie dan niet?" (Soera al An'am: 32)
"En welke dingen jullie ook gegeven werden: zij zijn de genietingen van het wereldse leven en haar versiering. Maar wat van de Zijde van Allah komt is beter en blijvender. Begrijpen jullie dan niet?" (Soera al Qasas: 60)
"Voorzeker, Wij hebben aan jullie een Boek doen neerdalen met daarin jullie eer. Begrijpen jullie dan niet?" (Soera al Anbiya': 10)
"Reizen zij dan niet rond op de aarde, zodat zij zien hoe het einde was van degenen vóór hen? en het Hiernamaals is beter voor degenen die (Allah) vrezen. Denken jullie dan niet na?" (Soera Yoesoef: 109)
Zelfs na de waarschuwingen in de Qur'an willen sommige mensen de werkelijkheid van deze wereld en het Hiernamaals niet begrijpen. Zoals genoemd wordt in de Qur'an, zijn dat degenen die hun verstand niet gebruiken. Allah vertelt ons hoe deze mensen nadenken:
"Voorwaar, de slechtste schepselen bij Allah zijn de doven en de stommen (van hart): degenen die niet begrijpen." (Soera al Anfal: 22)
Een belangrijke werkelijkheid is, dat zulke mensen niet het vermogen hebben om wijsheid van onnadenkendheid te onderscheiden; ze kunnen niet inzien in welke situatie zij zich bevinden. Dus denken zij dat wijze mensen onnadenkend zijn en dat onnadenkende personen zoals henzelf wijs zijn. Omdat zij Allah niet vrezen of de kleinste mogelijkheid erkennen dat zij verantwoording af moeten leggen voor de daden die ze in deze wereld verricht hebben, nemen ze aan dat het pad die zij volgen de juiste is. de Qur'an geeft een voorbeeld van deze verkeerde mentaliteit:
"En als er tot hen wordt gezegd: 'Gelooft zoals de mensen geloven', dan zeggen zij: 'Zullen wij geloven zoals de dwazen geloven?'. Voorwaar, zij zijn de dwazen maar zij weten het niet." (Soera al Baqara: 13)
In het bovenstaande vers wordt verklaard dat het resultaat van onnadenkend zijn is, dat zo een persoon denkt dat hij wijs is en dat er geen enkele mogelijkheid bestaat dat hij het bij het verkeerde eind heeft. Zulke mensen worden in de Qur'an beschreven als blind en doof, terwijl zij geen fysieke tekortkomingen hebben, omdat zij de werkelijkheid niet kunnen waarnemen. Dit komt doordat deze mensen de werkelijkheid in zijn algemeen niet kunnen begrijpen, noch hebben zij inzicht in de werkelijkheid die zij zien en horen. Ze kunnen bijvoorbeeld niet de Grootheid van Allah zien door naar de perfecte schepping van het heelal te kijken. en zelfs wanneer zij het zien, doen ze alsof zij het niet gezien hebben, aangezien ze onnadenkend zijn en niet luisteren naar de stem van hun geweten. Of zij horen degenen niet die hen oproepen het rechte pad te volgen en hun de leringen van de Qur'an uitleggen. Zij horen hen fysiek gezien wel, maar zij gaan door hun leven achteloos te leiden alsof zij nooit naar hun geluisterd hebben. de situatie waarin zij zich bevinden wordt als volgt uitgelegd in de Qur'an:
"En onder hen zijn er die naar jou luisteren. Kan jij dan de doven (van hart) doen horen, ook wanneer zij hun verstand niet gebruiken? Voorwaar, en onder hen zijn er die naar jou kijken (en de Tekenen van jouw Profeetschap zien). Kan jij dan de blinden (van hart) leiden, ook wanneer zij niet zien? Voorwaar, Allah doet de mensen geen enkel onrecht aan, maar de mensen doen zichzelf onrecht aan. en (gedenkt) de Dag waarop Hij hen bijeenbrengt, (dan is het voor hen) alsof zij niet langer (op aarde) hebben vertoefd dan één moment van de dag. Zij kennen elkaar (op die Dag). Voorzeker, zij die de ontmoeting met Allah loochenen, zullen verlies lijden en zij waren geen rechtgeleiden!" (Soera Yoenoes: 42-45)
Uit al deze Qur'anverzen kan begrepen worden, dat een gebrek aan wijsheid het mensen onmogelijk maakt om werkelijkheden te zien en te begrijpen. Dit wordt in andere verzen uitgelegd:
"En voorzeker, Wij hebben velen van de Djinn's en de mensen voor de Hel geschapen. Zij bezitten harten waarmee zij niet begrijpen en zij bezitten ogen waarmee zij niet zien en zij bezitten oren waarmee zij niet horen, zij zijn degenen die als het vee zijn. Zij dwalen zelfs nog erger. Zij zijn degenen die achteloos zijn." (Soera al A'raf: 179)
"En de gelijkenis van degenen die ongelovig zijn, is als de gelijkenis met degene (een herder) die roept naar iets wat niet luistert, behalve naar een roep of een schreeuw. Zij zijn doof, stom en blind (van hart), daarom begrijpen zij niet." (Soera al Baqara: 171)
Nu zullen er zaken genoemd worden die het verstand vertroebelen, om de mensen te waarschuwen voor het gevaar van het gebrek aan begrip, omdat degene die er niet in slaagt zichzelf te bevrijden van zaken die zijn verstand blokkeren, een groot verlies in deze wereld en het Hiernamaals zal ervaren. Allah laat weten dat degenen die een gebrek aan begrip hebben, zich hun werelds leven zullen herinneren in het Hiernamaals en zeggen:
"Zij zeiden: 'Als wij (het) konden horen of begrijpen, dan zouden wij niet tot de bewoners van Sa'ir (de Hel) behoren." (Soera al Moelk: 10)