Tijd is ook een soort waarneming, wat het resultaat is van conclusies, die wij trekken vanuit onze zintuiglijke ervaring. Deze waarneming verschijnt blijkbaar door opeenvolgende gebeurtenissen, die plaatsvinden. We ervaren het voorbijgaan van tijd door verschillen in bewegingen met elkaar te vergelijken. We horen bijvoorbeeld de deurbel gaan. Tien minuten later gaat de bel weer af. We merken op, dat er tussen de eerste bel en de tweede een interval is en interpreteren deze pauze als “tijd”. In een ander geval valt een glas en breekt, steenkool wordt as, we lopen en vinden onszelf in een hoek van de kamer terwijl we een ogenblik geleden onszelf in de tegenovergestelde hoek aantroffen. De tijd, die voorbijgaat tussen deze oorzaken en gevolgen en de bewegingen, die we om ons heen zien, geven ons aanwijzingen over het verloop van tijd. Ook onze vroegere ervaringen geven ons aanwijzingen, die ons in staat stellen om haast de meest nauwkeurige inschattingen te maken over hoeveel tijd een gebeurtenis nodig heeft om plaats te vinden. Als we schatten dat het 10 minuten kost om vanuit huis tot aan de meest dichtbijzijndste bushalte te lopen, dan kunnen we veronderstellen dat het ongeveer 10 minuten zal kosten om dezelfde afstand nog een keer te lopen. Iemand, die gevraagd wordt hoe lang het duurt om deze afstand te lopen, zal het vermoedelijk niet weten indien hij die afstand nooit eerder heeft gelopen. Behalve als hij wel de ervaring heeft opgedaan door dezelfde afstand gelopen te hebben.
De zon komt op, gaat onder en op het moment dat het de volgende dag weer opkomt, zeggen we: “Er is een dag voorbij.” Wanneer dit proces 30 of 31 dagen herhaald wordt, zeggen we: “Er is een maand voorbij.’ Als je nu over die maand gevraagd wordt, dan zou je toegeven dat de hele maand snel voorbij is gegaan, jezelf realiserend, dat je niet veel details van die maand kunt herinneren. Toch geven alle oorzaken en gevolgen samen met alle gebeurtenissen, die we zien ons een aanwijzing over tijd. Als de nacht de dag niet zou opvolgen en we hebben geen horloge dat de tijd aangeeft, zouden we mogelijk tot foutieve conclusies komen over hoeveel minuten of uren voorbij zijn of wanneer de dag begint of eindigt. Dat is waarom tijd in feite een waarneming is, die we nooit kunnen begrijpen zonder het bestaan van punten ter vergelijking.
De manier waarop de tijdsstroom waargenomen wordt, laat ook zien, dat tijd slechts een psychologisch begrip is. Terwijl je midden op een straat op je vriend staat te wachten, lijkt een vertraging van tien minuten een lange, bijna eeuwige tijdsperiode. In een ander geval als een persoon ’s nachts onvoldoende heeft kunnen slapen, kan een tien minuten durende dutje in de ochtend als heel lang en ontspannend beschouw worden. Soms gebeurt het tegenovergestelde. Op school lijkt een saaie 40 minuten durende les een eeuwigheid, terwijl een tien minuten durende pauze snel voorbij gaat. Of je ervaart het weekeinde dat je ongeduldig opwacht als een erg korte tijdsperiode terwijl werkdagen lang schijnen te zijn.
Dit zijn ongetwijfeld gevoelens die door haast iedereen gedeeld worden, en die aantonen dat tijd verandert overeenkomstig de persoon die het voelt en de staat waarin hij verkeert. Je moet nooit onwetendheid bepleiten over dit DUIDELIJKE feit, dat je zelf ervaart.
Allah vestigt in de Qoer-aan onze aandacht op het feit, dat tijd een psychologisch begrip is:
Hij (God) zal vragen: "Hoeveel jaren zijt gij op de aarde gebleven?" Zij zullen antwoorden: "Wij bleven een dag of een deel van een dag. Vraag dus degenen die rekening houden." (Surat al-Muminun: 112-113)
De Dag waarop Hij u zal roepen zult gij Hem met de lof die Hem toekomt antwoorden en gij zult denken dat gij slechts een korte wijle hebt vertoefd. (Surat al-Isra: 52)
En de Dag, waarop Hij hen zal verzamelen, zal het hun toeschijnen, alsof zij slechts een uur van een dag (in de wereld) hadden vertoefd. Zij zullen elkander herkennen. Verliezers zijn zeker degenen, die de ontmoeting met Allah loochenen en geen leiding willen volgen. (Surah Yunus: 45)
Zoals de verzen hierboven ook aangeven, verschilt de waarneming van de tijd van persoon tot persoon. Wat van een leven overblijft, dat voor eeuwig leek te duren, en dat nu plotseling eindigt, zijn slechts herinneringen, die vijf tot tien vellen papier zouden bezetten. In andere verzen vertelt Allah dat tijd verschillende vormen aanneemt overeenkomstig de verschillende situaties. Allah zegt:
De engelen en de geest gaan tot Hem op, in een dag waarvan de maat vijftigduizend jaren is. (Surat al-Ma'arij: 4)
Hij ordent het bestel van de hemel tot de aarde, daarna zal deze tot Hem opstijgen in een dag, waarvan de duur naar uw berekening duizend jaar is. (Surat as-Sajdah: 5)
Allah creëert onze waarneming van tijd. Allah, de Schepper van tijd, is in geen enkel geval afhankelijk ervan. Dit is een doorslaggevend feit en het levert het antwoord op een doorslaggevende vraag op die door veel mensen gesteld wordt: wat betekent het lot?
De meerderheid van mensen ervaart problemen in het begrijpen van de betekenis van het concept lot.
Het lot is de eeuwige wetenschap van Allah, Die onafhankelijk is van tijd en Die de volledige tijd en ruimte beheerst en Die over alle gebeurtenissen en situaties van alle wezens die afhankelijk van tijd zijn, heerst. Allah is de Schepper van al deze handelingen en situaties net zoals Hij de Schepper is van ‘tijd.’ Op dezelfde manier zoals we het begin, midden en einde van een heerser en alle momenten er tussenin als geheel kunnen zien, zo weet Allah het tijdstip waarop wij ons bevinden alsof het een moment op zich is. Helemaal vanaf het begin tot het einde ervan.
Dit is zeker zonder twijfel. Allah, Die niet gebonden is aan het relatieve tijdsbeeld waaraan wij gebonden zijn, omringt alles wat tijdsgerelateerd is. Bepleit dus nooit onwetendheid, dat Allah de Almachtige jou en elk belangrijk of minimale verschijning die je in het leven tegenkomt creëerde, binnen Zijn wetenschap en voorbeschikking.
Ondanks dit DUIDELIJKE feit heeft de meerderheid van de mensen een verwrongen begrip van het lot. Ze zijn in de veronderstelling, dat ze buiten de grenzen van het lot kunnen stappen, ‘hun lot overwinnen’ of ze kunnen een leven leiden dat gescheiden en onafhankelijk is van het lot. Zoals eerder verklaard echter, bevindt onze voorbeschikking zich in de eeuwige wetenschap van Allah en Allah kent alle gebeurtenissen in het verleden, heden en toekomst, als een enkel moment. Het is onwaarschijnlijk dat levende wezens, die aan tijd zijn onderworpen, de grenzen van dit ene moment kunnen overschrijden en iets veranderen of het door hun eigen wil zelf klaarspelen.. Om het tegenovergestelde te beweren zou niet logisch zijn.
We staan weer haaks tegenover een onbetwistbaar feit: het is onwaarschijnlijk dat men zijn eigen lot kan veranderen of een andere richting kan geven. Het bestaan van elk moment van iemands leven is beslist afhankelijk van de in werk gestelde wil van Allah. En de mens kan niets uitvoeren, zelfs niet denken, zonder de wil van Allah. Bepleit dus nooit onwetendheid over dit feit dat ZEKER is.